back-to-nature-met-gisele-ik-omschreef-ons-droomhuis-tegenover-de-architecten-in-een-woord-287365
©Kirsten Busman

Gisele Azad (31) is geboren in Teheran en werkt al bijna tien jaar als creatief consultant in de wereld van selfcare en humanitaire projecten. Tijdens de pandemie nam ze de beslissing haar leven compleet om te gooien en op zoek te gaan naar een plek in de natuur. Voor Vogue.nl schrijft ze elke maand een column over wonen in het bos en een duurzame levensstijl. Deze week geeft ze een kijkje achter de schermen bij haar verbouwing in het bos, die heus niet altijd zo idyllisch is als het op social media lijkt.

Een verbouwing in het bos

Als je me volgt op social media, zal het je niet zijn ontgaan: mijn leven staat al vanaf het begin van dit jaar in het teken van slopen, bouwen en ons stuk bos onderhouden. Op Tiktok en Instagram deel ik beelden waarop te zien is hoe ik met een hamer op een houten wand insla, het hout vervolgens op het vuur gooi en een cappuccino drink terwijl ik het in rook zie opgaan. Het ziet er heel idyllisch uit.

Wat je niet ziet, is dat ik eigenlijk best wel onhandig ben, en tot een week geleden nog nooit eerder gereedschap heb gebruikt. Ook zie je niet hoe ik vrijwel meteen met mijn rubberen klompen in een verroeste spijker stond, die net niet mijn voet doorboorde – oeps, beginnersfoutje. Achter elke wand die ik sloop, komen een stuk of tien spinnen tevoorschijn, zo groot als mijn handpalm (ik overdrijf niet). En de schuur die we aan het opknappen zijn, was blijkbaar ook het huis van een marter (een klein roofdier, red.), die nu op zoek moet naar een andere plek, waardoor we hele grote en diepe gaten tegenkomen op ons erf.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Aan het einde van zo’n klusdag zitten Rudmer en ik dan ook bij het vuur, te lachen dat we dit enorme project überhaupt zijn aangegaan. Ik moet eraan wennen dat ik dagenlang helemaal onder het zand en de stof zit, en de dennennaalden na een week nog steeds uit mijn haar haal. Ik kan niet wachten tot het klaar is, en tegelijkertijd koester ik deze fase in mijn leven. Wanneer krijg je nou de kans om drie (kleine) droomhuizen te bouwen in het bos?

Een thuis creëren

We hebben ons boshuis gekocht omdat we veel potentie zagen in de grond, de twee houten hutten en het oude huisje met het schattige rieten dak. Alles is oud en verrot door de vocht die in het bos blijft hangen; we wisten dat het een groot project zou worden om van deze plek een thuis te maken. En in dat proces liep ik al snel ergens tegenaan.

Ik ben mijn hele leven van plek naar plek gegaan; nog nooit heb ik me ergens ‘gesetteld’, wat dat dan ook mag betekenen. Ik heb ’thuis’ nog nooit gezien als een fysieke plek met vier muren. Het is voor mij altijd een gevoel geweest, zoals ik bij m’n ouders heb, bij m’n broer en bij Rudmer. En nu ook in het natuurgebied waar we wonen. Het vele verhuizen heeft me een bepaalde kijk gegeven op wat een thuis voor mij is – en dat voel ik niet bij een huis.

Ik werd dan ook heel angstig van het idee dat ik al mijn tijd en geld moest gaan investeren in een huis, een forever home. Ik hoef geen groot huis, vol met spullen of een inloopkast voor al mijn schoenen. Nee, ik zie vooral open en lichte ruimtes voor me, zodat ik de hele dag de bomen om me heen heb, met een aantal mooie items die ik gaandeweg heb verzameld, en waar ik rust en kalmte kan ervaren. Toen we hierover begonnen na te denken, kwamen Rudmer en ik op één woord: ‘nest’. Het juiste woord voor de plek die we willen creëeren, een plek die warm en natuurlijk aanvoelt.

Geen praktisch huis

Met dat idee zijn we naar een architectenbureau gegaan, gespecialiseerd in het bouwen met hout. We hebben ze eigenlijk carte blanche gegeven. Tijdens de eerste afspraak zeiden we: “We willen vooral niet een conventioneel huis. Het hoeft ook niet praktisch te zijn, als het maar open en warm is.”

Met dat concept zijn we het afgelopen jaar van start gegaan. Om zoiets van de grond te krijgen, ben je wel even bezig. Alle technische zaken zijn anders dan bij een gewoon huis, en daarbij wonen we in een beschermd natuurgebied met een heleboel regels. We gaan een huis bouwen dat zich perfect mengt met het bos, van buiten en binnen. Een warm nest.

We zijn eindelijk klaar om te gaan beginnen. Gelukkig gaat een aannemersteam het, in samenwerking met onze architecten, grotendeels bouwen. Want slopen kan ik ondertussen wel, maar de rest laat ik toch liever aan professionals over.