Denimmerk G-Star Raw weet altijd te verrassen. Een nieuwe samenwerking voor dit najaar met de Britse hoedenmaker Stephen Jones is just the ticket. Xaviera Aubri van Vogue sprak in Londen met de legende over zijn werk als hoedenmaker, de toekomst van hoeden en zijn collectie voor het denimmerk.
G-Star x hoedenmaker Stephen Jones
Een wereldstad met verkeersinfarct en stakingen houden Stephen Jones niet tegen om zijn capsulecollectie met G-Star in Londen te onthullen. Vlekkeloos gekleed in een pak met daaronder Tom Brown-pumps vertelt de ontwerper met zachte stem: “Ik heb gewoon de dubbeldekker genomen hoor, met al mijn ontwerpboeken in de hand.”
Met de samenwerking laat de ontwerper zijn comfortzone ver achter zich. Roze chiffons, veren, vilt en kristallen maken plaats voor luxury denim en dikke stiksel patronen. De nederigheid van Jones is bijzonder. Op zijn cv prijken niet alleen leden van koningshuizen en celebrities, ook is hij verantwoordelijk voor de hoeden van Dior – zowel ready-to-wear als couture. Daarnaast is er een lange lijst met namen als Loewe, Comme des Garçons en Vivienne Westwood die al aanklopten voor een ontwerp.

‘Gewoon cool’
Stephen Jones is enthousiast over hoe de samenwerking met G-star tot stand kwam. “Ik kreeg op een dag gewoon een telefoontje. Normaal zijn het jonge ontwerpers, celebritystylisten of luxe merken die benaderd worden voor een samenwerking – niet een man van tweehonderd jaar oud”, grapt Jones. Lang nadenken was overbodig, want hij had het Nederlandse merk al op zijn radar.
“Ik kende G-Star van de opkomst van een nieuwe denimcultuur in de jaren negentig. In de jaren tachtig was het vooral Montana en Mugler. Denim was meer iets Amerikaans, uit Miami. En casual. Het was geen powerdressing en ging meer om gewoon iets cools. Het ging niet om jong overkomen, maar om een houding; hoe iemand zich gedroeg. Mensen gebruikten voor het eerst in grote getale het woord cool als omschrijving van een kledingstijl. En G-Star hoorde daarbij.”