Ik was een van die mensen die altijd te veel piekerde, zich van tevoren zorgen maakte en maar niet kon accepteren dat je je niet over alles druk hoeft te maken. Hoewel de woorden van psychiater Marian Rojas altijd in mijn geheugen gegrift stonden: “90 procent van de dingen waar we ons zorgen over maken gebeurt niet, maar beïnvloedt wel onze geest en ons lichaam”, bleef ik vastzitten in die spiraal van gepieker en anticiperende angst, wat een enorme impact had op mijn gevoel van vermoeidheid. Tot psycholoog Maria Jesús Álava Reyes, auteur van de bestseller De nutteloosheid van het lijden), me uitlegde hoe dat kwam.
Hoe overmatig denken je moe maakt
“Wanneer je piekert, schakel je automatisch je autonome zenuwstelsel in, vooral het sympathische deel. Je spant je hele lichaam aan alsof je je voorbereidt op een gevecht. Dit systeem activeert vermoeidheid omdat je lichaam fysiek zwaar belast wordt. Je wordt steeds prikkelbaarder op psychisch niveau en je emotionele evenwicht gaat wankelen. Zelfs als je zit en niets lijkt te doen, bouw je vermoeidheid op vergelijkbaar met het gevoel dat je hebt na urenlang non-stop een berg op rennen. Tijdens het piekeren bevindt je lichaam zich voortdurend in een extreme staat: je spieren zijn gespannen, je hart klopt snel, je ademt snel en oppervlakkig. En uiteindelijk ben je volledig uitgeput.”
Bovendien putten deze overpeinzingen je niet alleen fysiek uit omdat je lichaam in staat van paraatheid blijft, maar, zoals psycholoog Laura Palomares van Avance Psicólogos uitlegt, kan de verhoogde cortisol die wordt geproduceerd ook invloed hebben op de kwaliteit van de slaap, het immuunsysteem en de gezondheid.
Zo kun je gepieker vermijden