Er zullen maar weinig fotografen zijn die een beroemdheid als Jennifer Lawrence onbekend in beeld brengen. Toch is de foto waarop het gezicht van Lawrence verdwijnt achter een paardenhoofd volgens de Nederlandse modefotograaf en beeldend kunstenaar Viviane Sassen (52) een van de interessantste beelden van de campagne die ze schoot voor modehuis Dior. Het beeld, dat uiteindelijk niet de campagne haalde, maar die Sassen wel opnam in haar eigen portfolio en selecteerde voor haar eerste grootschalige retrospectief in het Amsterdamse fotografiemuseum Foam, zegt veel over haar stijl. Vaker niet dan wel zijn de gezichten van de modellen op haar foto’s zichtbaar, en bijna altijd heeft haar beeld een surrealistisch randje. We spreken de fotograaf over haar stijl, ‘valsspelen’ met AI en durven vertrouwen op je intuïtie als je ouder wordt.
In gesprek met modefotograaf Viviane Sassen
Na Parijs, Kyoto en Shanghai is Amsterdam aan de beurt: haar thuisstad is de vierde plek waar haar werk grootschalig tentoongesteld wordt. Tijdens dit interview kan de fotograaf eindelijk even zitten: de tentoonstelling in fotografiemuseum Foam wordt opgebouwd onder leiding van de fotograaf zelf – nogal een klus. “Het gaat om het voelen van de ruimte. Elk gebouw is weer anders, de sfeer is uniek. Ik ken mijn werk zelf het best en vind het belangrijk om bepaalde beelden op bepaalde plekken te hangen. Het geheel moet kloppend zijn.”
Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.
Sassen was altijd al visueel ingesteld. Als tiener koos ze ervoor om mode in Arnhem te gaan studeren. “In die tijd waren tijdschriften voor mij het interessantste medium. Daar zag ik avantgardistische dingen.” Wanneer Sassen naast haar studie als model aan de slag gaat – in die periode neemt ze ook het inmiddels befaamde zelfportret op een badrand, hieronder te zien – komt ze in aanraking met fotografen. Al snel besluit ze dat ze helemaal geen mode wil studeren, maar fotografie. “Ik wist meteen: ik wil ook achter de camera staan, ik wil ook dat beeld maken.”
De fotograaf groeit deels op in Kenia, waar haar vader van haar tweede tot en met haar vijfde als tropenarts werkt. Daar wordt ze naar eigen zeggen visueel ‘geprogrammeerd’. “Het heldere licht, de felle kleuren, de donkere schaduwen: het is allemaal zo grafisch in Afrika. Dat heeft mijn zintuigen gevormd. Als je nu kijkt naar mijn werk, zie je een vergelijkbare benadering van licht, kleur en schaduw terugkomen. Die grafische prikkels zijn me altijd bijgebleven.”
De tekst gaat verder onder de afbeeldingen.