Trigger warning: in dit stuk wordt gesproken over seksueel misbruik.
“Ik heb altijd gezegd dat mijn borsten een carrière hebben en ik daar een beetje achteraan hobbel”, zegt Pamela Anderson lachend tegen interviewer Matt Lauer ergens in de jaren negentig op zijn vraag: “Laten we het over je borsten hebben.”
Het is niet het enige fragment in de Netflix-docu Pamela, A Love Story, die dit jaar verscheen, waarin mannelijke talkshowpresentators (Larry King, David Letterman, Jay Leno) het volstrekt acceptabel vinden om Pamela’s borsten te bespreken en elke keer weer te checken of ze echt zijn. (Iets waar Pamela trouwens nooit mysterieus over heeft gedaan: nee, dat zijn ze niet. Aan het begin van haar Playboy-carrière nog wel, maar onder druk van alle plus-size boobs waarmee ze werd omringd in de Playboy Mansion, liet ze ze al snel oppompen tot een cup D en later dubbel D).
Ze verdiende toch haar brood met die borsten? Was ze haar carrière niet begonnen als model in Playboy? En was haar roem niet tot ongekende hoogtes gestegen door haar rol als lifeguard C.J. in de televisieserie Baywatch, waarin ze eigenlijk niet veel meer deed dan in slowmotion over het strand rennen in haar rode badpak? “Slowmotionrennen, dat is heel moeilijk om te leren”, aldus Pamela schertsend in de documentaire.
Pamela Anderson vertelt eigen waarheid
Pamela Anderson is een van de beroemdste vrouwen en het grootste sekssymbool van de jaren negentig. Helemaal in die tijd was de deal nou eenmaal dat als je je geld op die manier met je uiterlijk verdiende, dat je lichaam een soort publiek bezit werd. En je je dus elke neerbuigende en beledigende opmerking van gevierde televisiepresentatoren moest laten welgevallen. En dat deed Pamela als de beste. Ze reageerde altijd sportief, met veel zelfspot: “Haha, nepborsten, daar blijf je wel mee drijven ja!”
Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.