de-beste-olympische-films-om-te-kijken-in-de-aanloop-naar-de-spelen-in-parijs-306598

Voor sommigen van ons is sport pas aantrekkelijk als het de juiste context krijgt: een triomfantelijk persoonlijk verhaal, het onmogelijke mogelijk maken, nationale trots of intense rivaliteit. Dan heeft sport opeens alle kenmerken van een groot drama. Met het ultieme sportspektakel in aantocht – de Olympische Spelen 2024 in Parijs – is dit het moment om op de bank te ploffen met een aantal van de beste olympische films ooit. Dit zijn films die het onvoorstelbare – het toppunt van het fysieke, psychologische en emotionele – in al hun glorie aan de wereld laten zien.

Olympische films over de Spelen

Terwijl deze olympische films op hun eigen, diepgaande, verrassende en zelfs humoristische manier in beeld brengen wat we zo leuk vinden aan de Spelen – de rivaliteit, de trots, het patriottisme, de pracht en praal – tonen ze ook enkele donkere kwesties die net zo meeslepend zijn: de doping, de seks, de klassenstrijd en de misdaad. Kunst en sport hebben tenslotte gemeen dat ze al deze dingen tegelijkertijd kunnen zijn.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Wees gewaarschuwd: je zal Chariots of Fire niet op deze lijst tegenkomen. Ja, het is een iconische film; ja, hij vond plaats tijdens de laatste Spelen van Parijs honderd jaar geleden; en ja, het is de enige olympische film die ooit de Oscar voor beste film won (in 1982). Maar dat wist je allemaal al, en de soundtrack ken je waarschijnlijk uit je hoofd. Beschouw dit in plaats daarvan als een lijst met de beste olympische films die je nog niét gezien hebt (of die je zeker nog een keer wil kijken).

Personal Best (1982)

Een warm pleidooi voor biseksualiteit, en dat in de jaren tachtig! Mariel Hemingway bracht in 1982 de intensiteit en kwetsbaarheid van langeafstandslopen naar het witte doek met deze film over Chris Cahill (Hemingway) en haar teamgenoot, geliefde en vriendin Tory Skinner (gespeeld door de echte Olympiër Patrice Donnely). Op het eerste gezicht lijkt de vraag of de twee vrouwen aan de top van hun sport met hun emoties kunnen omgaan seksistisch en gedateerd. Toch is de triomf hier het vermogen van de film om diep in te gaan op de menselijke uitdagingen waarmee deze atleten worden geconfronteerd.

Cool Runnings (1993)

Deze film is losjes gebaseerd op een waargebeurd verhaal – namelijk op de Olympische Spelen van Calgary in 1988, waar de allereerste Jamaicaanse bobslee-deelnemers aan de start verschenen – en geeft ons een heerlijk ’tegen alle verwachtingen in’-sportverhaal. Hoewel het concept een beetje on-the-nose is (in Jamaica hebben ze geen sneeuw), krijgt Disney het voor elkaar, met de hulp van komisch genie John Candy, in een van zijn laatste rollen. We kunnen niet anders dan deze racers aanmoedigen tot aan de finish.

The Cutting Edge (1992)

Deze film, het eerste werk van scenarioschrijver Tony Gilroy (die ons later meeslepende films als Michael Clayton en een reeks Bourne-flicks zou brengen), neemt een temperamentvolle, rijke kunstschaatser (Moira Kelly) en koppelt haar aan een professionele ijshockeyspeler in een poging om olympisch goud te winnen. Het klinkt afgezaagd, maar de chemie tussen de acteurs en de moody toon van de film maken ‘m scherp, slim en indrukwekkend.

Without Limits (1998)

Velen zullen zich Prefontaine uit 1997 herinneren, met in de hoofdrol een enthousiaste Jared Leto als Steve ‘Pre’ Prefontaine, een topatleet op de lange afstand die in 1975 op 24-jarige leeftijd omkwam bij een auto-ongeluk. Without Limits is de superieure bewerking van datzelfde verhaal. De film houdt de kijkers in de ban van de tragische held, nu gespeeld door Billy Crudup. Monica Potter is onweerstaanbaar als Pre’s love interest, terwijl wijlen Donald Sutherland de atletiekcoach en medeoprichter van Nike, Bill Bowerman, speelt. Een geweldige film die voor zowel hoop als tranen zorgt.

Blades of Glory (2007)

We’re going to skate to one song, and one song only. Je herkent die zin uit Blades of Glory misschien wel van het nummer van Jay-Z en Kanye West, waarin het gesampled is. De film, die mede is geschreven door Busy Phillips, Craig Cox en Jeff Cox, gaat over twee gevallen skaters: bad boy Chazz Michael Michaels (Will Ferrell) en de meer zachtaardige Jimmy MacElroy (Jon Heder, vers van zijn doorbraakrol in Napoleon Dynamite). Met Amy Poehler en Will Arnett in de rol van hun tegenstanders en de ingebouwde humor van de kostuums, routines en pracht en praal van het kunstschaatsen, kun je rekenen op negentig vermakelijke minuten.

Eddie the Eagle (2016)

Spoiler alert: de held van deze film eindigt niet op het podium. Eddie the Eagle is gebaseerd op ware gebeurtenissen en is een absoluut charmant verhaal over het overwinnen van tegenslagen. De film volgt Michael David Edwards (gespeeld door Taron Egerton), een slechtziende Brit die als eerste Engelsman meedoet aan het schansspringen (op de Olympische Spelen van 1988 in Calgary). Toch is dit niet zozeer een film voor mensen die veel om wintersport geven, maar voor iedereen die ooit kinderen heeft gehad, gepest werd of te horen kreeg dat hij of zij niet goed genoeg was. Met Hugh Jackman als Eddy’s dynamische coach met een verleden is dit een film die je zeker het gevoel geeft dat je vliegt.

Miracle (2004)

Iedereen die geboren is na Generatie X beseft misschien niet hoe intens de olympische competitie ooit was tussen het Westen (vooral de Verenigde Staten) en de Sovjet-Unie. De prestaties van het Amerikaanse mannenhockeyteam in 1980 – bestaande uit een groep universiteitsspelers onder leiding van coach Herb Brooks – tegen de sterk bevoordeelde Sovjetploeg waren niets minder dan wat de titel van deze film suggereert. Miracle is een lovenswaardige interpretatie van olympisch patriottisme en geeft de kijker een warm gevoel.

Munich (2005)

Steven Spielbergs film over de ontvoering van en de moord op Israëlische atleten tijdens de Olympische Spelen van 1972 in München is niets minder dan briljant. Er zijn een aantal films, waaronder documentaires als One Day in September, die dit vreselijke verhaal op een opmerkelijke manier vertellen, maar wat Spielberg doet, is zich op verschillende manieren richten op de moorden zelf, het hardnekkige geweld, het slachtofferschap van het Israëlisch-Palestijnse conflict en de morele complexiteit van alle betrokkenen.

Icarus (2017)

Valsspelers winnen nooit, toch? Zoals The New York Times onlangs aangaf in zijn onderzoek naar verboden middelen die Chinese zwemmers gebruikten in de aanloop naar Parijs 2024, is doping in de topsport schering en inslag. De documentaire Icarus van regisseur en amateurwielrenner Bryan Fogel, die een Oscar in de wacht sleepte, wilde aanvankelijk licht werpen op de ontoereikendheid van de tests van het World Anti-Doping Agency, maar onthulde uiteindelijk een door de Russische staat gesponsord dopingprogramma.

Met de hulp van klokkenluider Grigory Rodchenkov wordt Fogels onderzoek een meeslepende race tegen de klok. De verwoestende waarheid die in deze sprankelende docu aan het licht komt, snijdt diep in de diepste waarden van de Olympische Spelen – eerlijk spel, competitie en menselijke prestaties – én in de Spelen zelf.

Foxcatcher (2014)

Foxcatcher gaat evenveel over klasse, ambitie en familie als over worstelen, en is nog zo’n film waarvan we ons afvragen: hoe kan het dat Steve Carrell geen Oscar heeft? (Hij was in ieder geval wel genomineerd.) Hier speelt hij een telg uit de welvarende Dupont-familie die aanvankelijk niet meer dan een sponsor is, maar zich vervolgens steeds meer mengt in het leven van de gouden medaille-winnende Schultz-broers: Mark (Channing Tatum) en Dave (Mark Ruffalo). Foxcatcher verdiept zich in de psychologie van topatleten en de onevenwichtige kansen die hen worden geboden. Het is een doordacht, prachtig geschoten drama dat het moeilijke onderwerp niet uit de weg gaat en het ook niet verheerlijkt.

I, Tonya (2017)

Na haar doorbraakrol in The Wolf of Wall Street had Margot Robbie haar projecten voor het uitkiezen – en wat heeft ze goed gekozen. Het is goed mogelijk dat er geen enkel olympisch drama is waar zoveel over is geschreven als over de zaak rondom Tonya Harding en Nancy Kerrigan. Om een lang verhaal kort te maken: in de aanloop naar de Olympische Spelen van 1994 betaalde Hardings echtgenoot mensen om Kerrigan, haar belangrijkste concurrent voor een plaats op de Spelen, te verwonden.

Later werd ook daadwerkelijk vastgesteld dat Harding er iets mee te maken had, maar lang voordat de hamer van de rechter viel, werd ze al afgeschilderd als een lowbrow samenzweerder tegen Kerrigan. In de film Tonya krijgen we het hele verhaal te zien vanuit het perspectief van de ‘slechterik’. Robbie slaagt erin om een sympathieke Harding neer te zetten (waarvoor ze een Oscarnominatie kreeg), terwijl ze tegelijkertijd heel veel plezier heeft. En dat is, niet toevallig, ook wat deze film is.

Olympic Dreams (2019)

Denk aan Lost in Translation, maar dan op de Olympische Spelen. Qua budget, release, ambitie en meer is dit de kleinste film in deze categorie (en de enige die gefilmd is in een echt Olympisch dorp: Pyeongchang, 2018), geschreven door Nick Kroll (het brein en veel van de stemmen achter Big Mouth) en het echtpaar Jeremy Teicher en Alexi Pappas, een Olympisch hardloper. Pappas en Kroll spelen ook de hoofdrol: zij als een introverte afstandsskiër en hij als vrijwillige tandarts. De twee sluiten een vriendschap, maar al snel volgt een romance, met als decor het vreemde, bijna buitenaardse atletendorp. Een film die we het best kunnen omschrijven als ongemakkelijk, schattig, leuk en onbevreesd.

Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd door Vogue US.