back-to-nature-met-gisele-kinderen-ik-voel-niet-dat-ik-het-wil-wat-ik-wel-voel-is-druk-323042
©Kirsten Busman

Gisele Azad (33) is geboren in Teheran en werkt al bijna tien jaar als creatief consultant in de wereld van selfcare en humanitaire projecten. Tijdens de pandemie nam ze de beslissing haar leven compleet om te gooien en op zoek te gaan naar een plek in de natuur. Voor Vogue.nl schrijft ze elke maand een column over wonen in het bos en een duurzame levensstijl. Deze week vertelt Gisele Azad over de vraag die ze aan de lopende band krijgt, namelijk: of ze kinderen wil – en wat ze van die vraag vindt.

Een update over mijn gezondheid

Deze week was mijn verjaardag, ik werd 33 jaar. Het was een jaar waarin ik het slow living in ons boshuis echt kon omarmen. Dagen bestonden uit uren wandelen door het bos en het bouwen van onze houten huizen, samen met onze architect.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Toch voelde ik me ook vaak enorm onzeker door iets wat er gaande was. Een tijd geleden werden er onrustige cellen ontdekt in mijn baarmoeder nadat ik had meegedaan aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker (ik schreef hier eerder een column over). Na twee ingrepen zijn ze nog steeds niet weg – iets wat ik totaal niet had verwacht. De gynaecoloog blijft me vertellen dat het niks ernstigs is en dat ze er op tijd bij zijn. Maar daarmee verdwijnt mijn onzekerheid niet.

Gisele Azad over kinderen krijgen

Noem me naïef, maar ik dacht dat ik er na mijn eerste ingreep wel vanaf zou zijn, en me er geen zorgen meer over hoefde te maken. De realiteit is dat er nog steeds niks veranderd is. Behalve dan dat ik me constant afvraag: wat als het erger wordt?

Kan ik nog wel kinderen krijgen? Wil ik überhaupt kinderen? De gynaecoloog vraagt het me tijdens elk bezoek. En ook mijn moeder wil regelmatig weten of ik er al klaar voor ben. Om nog maar te zwijgen over social media, waar mensen wekelijks vragen of we een gezin willen.

Ik ben sinds deze week een vrouw van 33. En ja, ik dacht dat ik rond deze leeftijd wel de behoefte zou voelen om aan kinderen te beginnen. Maar als ik heel eerlijk ben, voel ik helemaal niks. Ik voel niet dat ik het wil, en ik voel niet dat ik het niet wil.

Druk van buitenaf

Als ik geen gezondheidsproblemen zou hebben, dan had ik er waarschijnlijk nog helemaal niet over nagedacht. Wat ik wél voel, is druk. Druk door de onrustige cellen in mijn baarmoeder. Druk door mijn leeftijd. En, als ik heel eerlijk ben, druk door social media. Ik praat veel met vriendinnen hierover maar iedereen heeft zijn eigen visie hierop; het is natuurlijk heel persoonlijk. En dus ben ik aan de slag gegaan om dit onderwerp helder voor mezelf te krijgen. Samen met Rudmer natuurlijk.

Het eerste wat ik besloot, is om iedereen op social media te negeren die mij deze vraag stelt. Het is een te persoonlijk onderwerp; ik vind het eigenlijk niet kunnen om dit aan iemand te vragen, al helemaal niet als je die persoon niet kent. Dat lucht al op.

De tweede stap is verder onderzoeken wat er precies aan de hand is met mijn baarmoeder. Ik ben nu voor de derde keer een uitgebreid onderzoekstraject gestart in het ziekenhuis. Ik hoop dat hier in ieder geval duidelijkheid uit komt.

De laatste stap is uitvogelen of ik kinderen wil. En dan natuurlijk hopen dat het lukt.

Een kind opvoeden in het bos

Rudmer en ik hebben het er inmiddels al maanden over. We fascineren over hoe het zou zijn. Ik begin langzamerhand te dromen van een kleine die we in de rust van de natuur kunnen opvoeden. Dat idee maakt me zo gelukkig. Op dit punt in mijn leven weet ik dat ik een kind, samen met Rudmer, een onwijs mooie en fijne jeugd kan bieden – een heel andere jeugd dan die ik heb gehad. Daar ben ik trots op.

We voelen beiden dat de tijd nu nog niet rijp is, en dat is helemaal oké. We focussen ons eerst op ons droomproject en op mijn gezondheid. Huisje en boompje dus, maar nu nog geen beestje.