Jacinda Ardern sloot donderdag haar termijn als premier van Nieuw-Zeeland af met een emotionele afscheidstoespraak in het parlement. De politica – die met haar 37 jaar het jongste vrouwelijke staatshoofd ter wereld werd toen ze de functie in 2017 aanvaardde – leidde het land door ongekende, zo niet turbulente tijden.
Zo stond ze niet alleen voor de nasleep van de vulkaanuitbarsting op White Island in 2019, maar ook voor een terroristische aanslag op twee moskeeën in Christchurch in 2019 en de uitbraak van de pandemie in 2020.
Emotioneel moment
Tijdens de bijna veertig minuten durende toespraak sprak Ardern over hoe ze in het leven van mensen terechtkwam tijdens hun meest verdrietige of traumatische momenten. “Hun verhalen en gezichten blijven in mijn geheugen gegrift en zullen dat waarschijnlijk voor altijd blijven.” Toen ze haar toespraak met tranen afsloot, zei ze: “Ik kan niet zeggen wat mijn tijd hier kenmerkt, maar ik hoop dat ik iets heel anders heb laten zien. Dat je angstig, gevoelig, vriendelijk en liefdevol kan zijn, een moeder, een ex-mormoon, een nerd, huilebalk, knuffelaar – je kan al deze dingen zijn én leiding geven.”