Bijna alle modemerken claimen tegenwoordig duurzaam te zijn. Ze moeten ook wel. Sustainability is de nieuwe norm, die je als merk niet meer kunt negeren. We vragen sustainable lifestyle expert Marieke Eyskoot of het eigenlijk wel mogelijk is; écht duurzaam zijn als kledingmerk. “Dat ligt ten eerste aan jouw definitie van duurzaamheid, maar zelf zeg ik altijd ‘gemaakt met respect voor mensen en onze omgeving’.”
Veelomvattend proces
“Merken die zo duurzaam mogelijk willen zijn, moeten ervoor zorgen dat ze zo min mogelijk negatieve impact hebben op het milieu, mens en dier. Het liefst zelfs een positieve impact. En dat is best moeilijk als er iets gemaakt wordt, in dit geval kleding. Daarvoor zijn grondstoffen en mensen nodig, dus heb je impact.
Een kledingstuk is niet iets wat aan een boom groeit en geplukt kan worden. De productieketen is een veelomvattend proces. Denk bijvoorbeeld aan een katoenen item; dat gaat van het zaaien en verbouwen van katoen, tot het weven van stoffen, wassen, kleuren, alles wat in de fabriek gebeurt (naaien enz.) tot de transport naar distributiecentra en winkels. Als modemerk moet je ervoor zorgen dat het met het milieu, maar ook met alle mensen in de hele keten oké gaat. Dat ze niet worden uitgebuit om ons aan te kleden, goede arbeidsuren hebben en een leefbaar loon krijgen.
Ik heb wel eens uit de losse pols geteld hoeveel mensen er betrokken zijn bij het maken van een kledingstuk tot het moment dat de klant het aantrekt. Ik kom dan op 186 mensen waarvan de helft er ook echt met de hand aan heeft gezeten of gewerkt. Dat laat goed de complexiteit van de keten zien.”
Eerlijk en transparant
“Ik weet niet of perfectie al bestaat op het vlak van duurzaamheid. Onze samenleving is nog niet zo ingericht. We zijn eerder bezig met zoveel mogelijk, zo snel mogelijk en voor zo weinig mogelijk. Dat is eigenlijk veel meer de norm. Helemaal duurzaam en dus ‘perfect’ zijn is bijna niet mogelijk. Wel denk ik dat het streven van een merk moet zijn om zo geloofwaardig mogelijk te zijn. Door te proberen het maximale te bereiken en hier open en eerlijk over communiceren. Dat is belangrijk. Dat ze niet alleen maar roepen: ‘wij zijn heel groen en eerlijk’. Van die woorden die eigenlijk niet zoveel betekenen.
Als klant wil je dat merken duidelijk verantwoorden wat ze wel doen, wat nog niet en waarom niet en hoe ze denken dat te bereiken. Eerlijk zijn is beter dan een rookgordijn ophangen met alleen maar positieve dingen die eigenlijk niet kloppen. Klanten zijn slimmer dan dat.”