Rouwparels, en parels in het algemeen, hebben een bijzondere betekenis. Gedurende haar hele leven werd koningin Elizabeth II zelden zonder parels gezien. Tijdens haar staatsbegrafenis bewezen andere royals haar dan ook de laatste eer met parels in, zoals Meghan Markle.

Traditie
Vrouwelijke leden van de familie volgen al sinds het overlijden van de koningin op 8 september het koninklijk protocol. Zij kleden zich in het zwart, vaak met een sluier, en dragen sieraden met parels en diamanten – beide behoorlijk kleurloze edelstenen. Maar waarom zijn juist parels het favoriete sieraad bij koninklijke rouw? “Het is een traditie,” zegt auteur en juwelenhistorica Vivienne Becker. “Het gaat om de onderdrukking van kleur, en parels zijn ook niet glitterend of gewaagd. Door ze te kiezen ben je ingetogen en respectvol.”

Symboliek
Parels gevormd in de schelp van een weekdier zijn zeldzame natuurlijke wonderen, die de mens al sinds de oudheid fascineren. De Grieken geloofden dat ze werden gevormd uit de tranen van de goden. In de Hindoestaanse cultuur werden parels geassocieerd met de maan, als symbool van wijsheid en zuiverheid. In de Chinese traditie werd een parel in de mond van een dode gelegd als bescherming. Dit werd gedaan met de overtuiging dat de reis naar het hiernamaals dan makkelijker zou zijn.
“Het is interessant hoe belangrijk parels zijn in alle wereldculturen. Ze zijn een symbool van subtiele elegantie en mensen kunnen zich dat voorstellen, waar ze ook vandaan komen,” zegt ontwerpster Melanie Georgacopoulos. Zij is gespecialiseerd is in parelsieraden voor haar eigen merk en in haar ontwerpen voor Tasaki.

Tijdens de Renaissance werden de juwelen geassocieerd met rijkdom en een hoge sociale rang, door hun zeldzaamheid en hoge waarde. Voor koningin Elizabeth I, die haar imago als maagdelijke koningin wilde uitdragen, stonden parels voor zuiverheid en kuisheid. Ook waren ze een visuele code voor haar extreme rijkdom en macht.
Rouwrituelen
Pas onder het bewind van koningin Victoria werden natuurlijke parels sterk geassocieerd met rouw. Koningin Victoria was 42 toen zij in 1861 haar man, prins Albert, verloor. Ze bracht de rest van haar leven – bijna 40 jaar – in rouw door. Dankzij haar ontstonden er strikte regels rond de rouwrituelen. Zoals Clare Phillips, juwelenconservator in het Victorian and Albert Museum, schreef in haar boek Jewels and Jewellery: