Welkom in het decennium waarin couture een vleugje rebellie had, dankzij Alexander McQueen en John Galliano. Ook was dit het tijdperk waarin supermodellen bijverdienden als visagisten en filmsterren zich mengden in de backstagechaos. Zo ging het eraan toe achter de schermen bij de coutureshows in de jaren 90.
Krachtmeting
“De collectie gaat over de luxe van Chanel, geduwd tot het absolute extreme”, vertelde Karl Lagerfelds rechterhand Amanda Harlech aan Vogue’s Hamish Bowles backstage bij de lente/zomer 1997-coutureshow van het Franse modehuis. Zoals Vogue rapporteerde, gonsden die bewuste januari in Parijs geruchten over een zogenoemde ‘krachtmeting’ door de zalen en hotelsuites van het Ritz (het officieuze hoofdkwartier van Paris Couture Fashion Week).
Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.
Een dag eerder had een 27-jarige Britse ontwerper met de naam Alexander McQueen zijn eerste couturecollectie voor Givenchy gepresenteerd. Het resultaat? McQueen had de aandacht van de wereldpers getrokken met zowel zijn no bullshit-houding als zijn messcherpe corsetterie.
Nieuwe avant-garde
“Hij heeft veel lef”, schreef Vogue-journaliste Kate Betts over haar ontmoeting met McQueen vóór de show in een uitgebreid showreport, dat je hier in zijn geheel kunt lezen. “We zitten in de grote salon, een elegante kamer die in verval is geraakt. Vazen met halfdode bloemen staan op een lelijke geïmproviseerde koffietafel.”
“McQueen lijkt tevreden met de gang van zaken, vooral met de ateliers. ‘Weet je, ik heb voor Marc Bohan gewerkt toen hij bij Hartnell zat, en het was de slechtste ervaring van mijn leven. Hij was zo verwaand tegen de ateliers. Ik denk dat ze me daarboven heel aardig vinden’, zei hij, wijzend naar het plafond en de Givenchy-werkkamers daarachter. ‘Ze denken niet dat ik een domme kleine jongen uit Londen ben die wat met zoomlijnen doet.'”