Met een caleidoscoop van prints en patronen, tijdperken en dresscodes, had de fonkelnieuwe collectie van Nicolas Ghesquière voor het Franse modehuis een avontuurlijk tintje. Lees verder voor de vijf dingen die je moet weten over Louis Vuitton lente/zomer 2024.
Louis Vuitton lente/zomer 2024
De show vond plaats op de Champs-Élyséees
Louis Vuitton presenteert haar shows meestal in de grote architectonische monumenten van Parijs. Neem bijvoorbeeld het Louvre, het Musée d’Orsay en de Pont Neuf. Maar de realiteit is dat veel toeristen die naar de Lichtstad komen de winkel op de Champs-Élysées even goed zullen herkennen als deze bouwwerken. Daarom koos Nicolas Ghesquière dit seizoen het nieuwe gebouw van het maison aan de grote straat – dat momenteel wordt gerenoveerd en dus toeristenvrij is – als zijn monumentale showlocatie.

De set voelde aan als een heteluchtballon
Ghesquière schakelde de hulp in van de Amerikaanse productieontwerper James Chinlund om een catwalk te bouwen die het gevoel moest overbrengen alsof je in een heteluchtballon zat. Geen ongewoon gevoel voor showbezoekers (onder wie Zendaya) tijdens de modemaand in deze tijd van klimaatverandering. Daarom was lichtheid het uitgangspunt van Louis Vuitton lente/zomer 2024. Denk aan levendige kledingstukken die het luchtige, opbollende effect van ballonnen opriepen.

De collectie was avontuurlijk
Het idee van de heteluchtballon zette een avontuurlijke sfeer neer voor de show. Geheel in de geest van Ghesquière wiens benadering van Louis Vuittons connectie met reizen vaak geworteld is in de droom van tijdreizen. Hij uitte dit in een even avontuurlijke collectie, die de beperkingen van tijdperken en dresscodes trotseerde en vrijelijk silhouetten en garderobes samenvoegde in een reeks dynamische looks. Ze sprongen tussen de jaren vijftig en tachtig, met af en toe een tussenstop in de negentiende eeuw.

Alles draaide om prints
Patronen stonden centraal in de collectie: Engelse ruiten werden omgezet in golvende blouses en scherp gesneden, vloeiende rokken. Strepen verhoogden de grafische waarde in shirts en broeken die geleend waren van de mannengarderobe. Sjaalachtige kettingprints vonden hun weg naar rokken en damborden en houndstooth sierden jasjes met brede schouders.
