fashion-clans-ontdek-de-verhalen-achter-5-van-de-beroemdste-modefamilies-326156

Het stokje overdragen aan een vreemde valt niet mee, en dus is het niet zo gek dat veel modehuizen generaties in de familie blijven. Vaak met succes en in goede harmonie, maar soms gaat het er weleens hard aan toe. Net als bij gewone families, maar dan met betere outfits. Ontdek hieronder de verhalen achter een aantal van die modefamilies, van de beruchte Gucci-clan tot de gebroeders Gvasalia.

Beroemde modefamilies

Huis Gucci

In de hitparade van de meest legendarische modefamilies staat Gucci hoog genoteerd. Maar als het gaat om de meeste drama, staan ze zeker op nummer één. En het begon zo onschuldig en kleinschalig, met stamvader Guccio Gucci die in 1921 een winkel opende in Florence waar hij geïmporteerde leren tassen en koffers verkocht. Daarnaast opende hij een klein atelier waar hij zelf lederwaren produceerde, geïnspireerd door paardrijden en jagen, de hobby’s van de aristocratie en andere rijken. Hij verwerkte allerlei daaraan gerelateerde parafernalia in zijn ontwerpen, zoals zadelleer, een paardenbitje en elementen van de stijgbeugel. Daarmee sprak hij precies die doelgroep aan.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Het ging goed met de zaken en algauw werkten ook de zonen Gucci voor het bedrijf. Ze waren innovatief, zowel op creatief als op zakelijk vlak – met name zoon Aldo, die in 1938 het brein was achter de opening van de eerste winkel buiten Florence, in Rome. Van hem is ook de uitspraak: “Kwaliteit wordt onthouden lang nadat de prijs is vergeten”. Een mooie tegelwijsheid, vooral met de prijzen van Gucci in het achterhoofd. In de jaren vijftig braken de echte gouden tijden aan voor het merk, toen het favoriet werd van de nieuwe elite van filmsterren en de royalty, van Liz Taylor tot Grace Kelly. 

Guccio Gucci overleed in 1953, maar zijn zoons Aldo en Rodolfo gingen onverminderd ambitieus door met hun plannen en openden overal ter wereld boetieks. In de jaren zeventig werd kleding aan het assortiment toegevoegd en in 1975 verscheen het eerste parfum. Maar ondanks het succes rommelde het al sinds de jaren zestig in de Gucci-familie, vooral omdat Aldo allerlei eigen initiatieven nam zonder Rodolfo erbij te betrekken. Toen die laatste in 1983 overleed, erfde zijn zoon Maurizio diens helft. Een van Maurizio’s eerste managementbeslissingen was het ontslaan van oom Aldo, die vervolgens achter de tralies verdween vanwege belastingontduiking. Daarna haalde hij familieleden over om hun helft van de aandelen te verkopen aan een Anglo-Arabisch investeringsbedrijf. Met niet zulke gunstige gevolgen, want in 1990 balanceerde het bedrijf op het randje van faillissement en in 1993 was Maurizio gedwongen ook zijn aandelen te verkopen. Gucci was niet meer van Gucci.

Maurizio Gucci bij de presentatie van de Gucci x Cadillac-auto
©Getty Images
1/2
Native Share
Maurizio Gucci bij de presentatie van de Gucci x Cadillac-auto.

Maurizio was niet meer zo rijk en dat kwam hem duur te staan. Zijn ex-vrouw Patrizia, van wie hij in 1990 was gescheiden, was nogal dol op geld. Een van haar uitspraken luidt: “Ik huil liever in een Rolls-Royce dan dat ik lach op een fiets”. Toen het vooruitzicht van huilen op een fiets ineens realistisch begon te lijken, nam ze een huurmoordenaar in de arm en liet Maurizio in 1995 doodschieten. Twee jaar later werd ze daarvoor veroordeeld tot in eerste instantie 29 jaar gevangenisstraf (later gereduceerd tot 26 jaar). In 2016 kwam ze vervroegd vrij en negen jaar later geniet ze nog steeds van haar Gucci-alimentatie à 1,2 miljoen dollar per jaar.

Van de Gucci-clan leven verder nog de dochter van Aldo en haar drie dochters, evenals de twee dochters van Maurizio en Patricia, die hun moeder altijd zijn blijven steunen. Het kan toeval zijn, maar zonder familieleden in de directie is Gucci urgenter dan ooit, mede dankzij ontwerpers als Tom Ford, Alessandro Michele en de huidige creative director Sabato De Sarno. Dus die toppositie? Die blijft.  

Huis Rocha

Met haar kenmerkende esthetiek van stoer en cool aan de ene kant en dromerig en romantisch aan de andere, is Simone Rocha (38) een van de succesvolste designers van het moment. Wat misschien niet iedereen weet, is dat haar vader John (71), geboren in Hongkong, opgeleid in Londen en sinds de jaren zeventig inwoner van Ierland, ook een nogal succesvolle carrière in de mode achter de rug heeft. In 1993 won hij zelfs de Designer of the Yearaward tijdens de British Fashion Awards en na zijn pensionering in 2014 werd hij onderscheiden met de titel Commander of the British Empire.

Simone groeide op in een cultureel milieu – haar ouders waren bevriend met Ierse artiesten als de leden van U2 en Sinéad O’Connor – en studeerde aan het befaamde Central Saint Martins. Er zijn zeker overeenkomsten tussen John en Simone: beiden lijken compleet autonoom als het gaat om smaak en esthetiek, ze volgen geen trends en ze werken allebei graag met volume. De ontwerpen van zowel vader als dochter hebben een poëtische en tijdloze kwaliteit. Maar zoals vader John analyseerde in een dubbelinterview met i-D: “Ik heb mijn hele leven ontworpen vanuit het oogpunt van een man. Er is een groot verschil tussen onze werelden, de basis en de filosofie lijkt misschien hetzelfde, maar jij benadert alles vanuit jouw persoonlijke standpunt.” Simone beaamt: “Ik wil werken vanuit de female gaze.

Wat de ontwerpers nog meer gemeen hebben: Odette Rocha, die als stille kracht op de achtergrond fungeert en nauw samenwerkt, eerst met haar man en nu met haar dochter. Met de opening van een Simone Rocha-boetiek in Hongkong in 2019, de plek die haar vader vijftig jaar eerder had verlaten voor een toekomst in Ierland, is voor zowel vader als dochter de cirkel rond. 

Huis Fendi

Het verhaal van Fendi begint op een haar na honderd jaar geleden, toen Adele en Eduardo Fendi in 1925 hun leer- en bontbusiness begonnen in Rome. Ze deden goede zaken en openden in 1932 hun eerste boetiek, maar het waren hun vijf dochters die het huis uiteindelijk maakten tot de wereldwijde luxespeler die het nu is. Misschien niet zo gek dat zij in de voetsporen van hun ouders traden. Volgens de zusters werkten die zo hard dat ze als meisjes hun middagdutjes deden in de lades van de winkel. Zo zaten ze vanaf jonge leeftijd al overal met hun neus bovenop. 

Elk van de zussen – door Fendi-ontwerper Karl Lagerfeld wel de vijf vingers van een hand genoemd – kreeg uiteindelijk haar eigen taak binnen het familiebedrijf. Anna ging over het design, Carla was commercieel manager en onderhield de relaties met de pers, Franca deed inkoop, Alda ging over het atelier en Paola overzag de bontworkshop. In 1952 begon Fendi ook met mode, maar dat werd pas echt een groot succes toen Karl Lagerfeld in 1965 ontwerper werd van het huis. Hij bleef er tot zijn dood in 2019 (en werd opgevolgd door Kim Jones). Het is de langste samenwerking tussen een ontwerper en een modehuis ooit; Lagerfeld werd dan ook wel de ere-broer van de Fendi’s genoemd. 

In 2001 werd het bedrijf overgenomen door LVMH, maar Carla bleef tot haar dood in 2017 aan als erevoorzitter. In 2019 overleed ook Franca. De overgebleven, inmiddels hoogbejaarde zussen zijn al een tijd met pensioen. De enige echte Fendi die nog steeds bij het bedrijf werkt, is Silvia Venturini Fendi, de dochter van Anna, die met haar ontwerp van de Baguette-tas in 1997 misschien wel de belangrijkste toevoeging deed aan het Fendi-erfgoed.

Huis Hermès

Wat bijna tweehonderd jaar geleden begon met het vervaardigen van zadels en tuigen voor paarden, is uitgegroeid tot misschien wel het chicste Franse luxehuis: Hermès. Aartsvader Thierry Hermès opende in 1837 de eerste werkplaats in Parijs, door zijn zoon Charles-Émile in 1880 verplaatst naar het huidige adres aan de rue du Faubourg Saint-Honoré.

Zadels en tuigen zijn uiteraard allang niet meer het belangrijkste product van Hermès, en elke familie heeft een vernieuwer nodig die durft te moderniseren. In dit geval Émile Hermès, kleinzoon van Thierry. Honderd jaar geleden was hij degene die begreep dat met de opkomst van de auto, paardenreferenties steeds minder belangrijk werden voor rijke mensen. Hij kwam met het eerste kledingstuk van het merk, een golfjasje voor heren in 1925. Twee jaar later volgden sieraden, horloges en schoenen. Daarnaast was hij de eerste in Europa met de rechten op een nieuwe Amerikaanse uitvinding: de ritssluiting.

Émile had vier dochters en hoewel de naam Hermès verdween, bleef het huis in handen van de familie via schoonzoon Robert Dumas, die de uitvinding van zowel de fameuze Carré-sjaal (1937) en de Kelly Bag (1956) op zijn naam schreef. De tas kreeg deze naam overigens pas nadat filmster en Monegaskische prinses Grace Kelly ermee gefotografeerd werd. Dumas nam in 1951 het leiderschap van zijn schoonvader over. Diens nazaten staan nog steeds aan het roer van het bedrijf.

Grace Kelly met de naar haar vernoemde Hermès Kelly Bag in 1956
©Getty Images
2/2
Native Share
Grace Kelly met de naar haar vernoemde Hermès Kelly Bag in 1956.

Een van zijn zoons, Jean-Louis, die vanaf 1978 de scepter zwaaide, stond aan de wieg van de ontwikkeling van die andere Hermès-grootheid: de Birkin Bag. Het was Jean-Louis die op een vlucht naast actrice en zangeres Jane Birkin zat die zoals gewoonlijk een volgepropte rieten mand bij zich had, en besloot dat zo’n tas ook chiquer kon. De Birkin, met de hand gemaakt door één ambachtspersoon, voert nog immer menig tassenverlanglijst aan en is notoir moeilijk verkrijgbaar, al dan niet door kunstmatig in stand gehouden wachtlijsten. Bijna tweehonderd jaar na de oprichting is het huis inmiddels in handen van de zesde generatie Hermès. Daarmee is het de oudste nog actieve fashion clan.

Huis Gvasalia

Ze zijn de Liam en Noel Gallagher van de modewereld: Demna (43) en Guram Gvasalia (38). Net als de muzikanten begonnen de ontwerpende Georgische broers samen hun carrière. In 2014 lanceerden ze Vetements, een huis dat bekend werd om de spraakmakende collecties en hypes die ze daarmee wisten te creëren. Denk aan de DHL-lijn met T-shirts met het logo van het transportbedrijf, à raison van tweehonderd euro. 

In 2015 begon Demna ook als creative director bij Balenciaga en vier jaar later liet hij Vetements over aan zijn broer. Ondertussen gingen de headlines steeds vaker over Balenciaga dan over Vetements en kennelijk zat dat Guram niet lekker. Dat bleek in ieder geval uit het bommetje dat hij in de zomer van 2023 dropte in de vorm van een interview in de The New York Times. “Mijn broer is heel getalenteerd, maar ik heb een andere benadering. Hij heeft het tien jaar super gedaan, maar aan zijn tijd komt zo langzamerhand een einde en nu is het mijn tijd”, vertelde hij aan journalist Vanessa Friedman. En: “Hij heeft aan het begin van zijn carrière een aantal kansen gekregen, maar als je ons vergelijkt qua leeftijd, dan ben ik veel verder dan hij.”

De wrok lijkt vooral bij Guram te zitten. Demna heeft nauwelijks gereageerd op de beschuldigingen van zijn broer, behalve dan dat hij hem niet meer uitnodigt voor Balenciaga-shows. En er gaan ook geruchten dat de vete alleen maar is bedoeld om aandacht voor beide merken te genereren. Maar hé, als de Gallaghers het na decennia kunnen bijleggen, dan moet dat bij de Gvasalia’s ook mogelijk zijn.

Lees het volledige artikel over modefamilies in het decembernummer van Vogue Nederland dat nu in de winkel ligt en hier online te bestellen is.