Een duik in de geschiedenis. Vóór de 19e eeuw was er een ‘pionierssamenleving’ in wat we nu Noord-Amerika noemen. Tijdens en na de burgeroorlog (en de oorlog met Mexico), trokken veel kolonisten naar het westen van de Verenigde Staten en werden meer staten gesticht. Hierbij werd land onteigend van de oorspronkelijke bewoners, Native Americans (eerder Indianen genoemd). Velen werden vermoord en daarom wordt westernmode bekritiseerd.
Westernwear is behoorlijk veranderd gedurende de 18e en 19e eeuw. Omdat dat nou eenmaal gebeurt met mode én omdat er elementen uit de Mexicaanse en Native American-cultuur werden overgenomen. Noem het inspiratie of cultural appropriation. Zo veranderde het hoofddeksel van een bolhoed, naar een sombrero tot wat we nu zien als een typische cowboyhoed.
Het overhemd transformeerde van een wit tot gekleurd hemd met borduursels, naar een denimshirt met (paspel)zakken met flep. Ook waren er blouses en jasjes met franjes. De opkomst van jeans, commercieel gemaakt door Levi Strauss, had ook invloed op de westernlook. Naast deze ‘mannelijke’ westernwear, wordt de prairie dress ook geschaard onder de trend.
Westernwear en denim
Westernmode en cowboylooks worden vaak in één adem genoemd, maar er is wel degelijk verschil. Al was het alleen maar omdat de connotaties met de termen anders zijn. Die periode van het Wilde Westen werd namelijk pas écht beroemd, of eigenlijk gecultiveerd, toen westernfilms midden 20e eeuw populair werden. Toen werd die mode van dik een eeuw eerder ook gangbaarder in het straatbeeld buiten Amerika. Dit hing samen met de enorme opkomst van denim als modeverschijnsel. Dus niet het net genoemde invoeren van jeans, die toentertijd werden gedragen als werkkleding, maar het verworden ervan tot dagelijkse look van stadsmensen.
Zowel spijkerbroeken als denimshirts werden vanaf halverwege de 20e eeuw vaker gedragen, zowel door mannen als vrouwen. Vrouwen ‘mochten’ immers sinds de Tweede Wereldoorlog, toen mannen aan het front vochten, ook (spijker)broeken aan. Ze kregen letterlijk en figuurlijk meer de broek aan in huis. Denim kleding, en daarmee die westernmode, werd zo een uiting van vrijheid, identiteit en emancipatie.