bij-dit-populaire-boetiekhotel-op-een-klif-in-marseille-is-luxe-synoniem-aan-joie-de-vivre-302348
©Vogue Living, Hans van Brakel

Ze reisden de hele wereld over voor hun carrières in de mode, film en design. Maar op een klif bij thuisstad Marseille vonden jeugdvrienden Greg, Fabrice en Marion de perfecte plek voor hun droom: een boetiekhotel aan zee waar luxe synoniem is aan joie de vivre. Ze doopten het de Tuba Club, en vonden er een heel nieuwe vorm van gastvrijheid uit.

Chic en eenvoudig: de Tuba Club in Marseille 

Wie aan de Côte d’Azur denkt, denkt aan de glamoureuze boulevards van Cannes en Nice, de spectaculaire baai van Monaco en de blinkende jachten van Saint-Tropez. Het is ver zoeken naar de authentieke Rivièra van vroeger, toen joie de vivre nog eenvoudig was en bestond uit niet meer dan de geur van pijnbomen en de zee, de smaak van een goed glas wijn en verse vis en de gezelligheid van lange lunches met vrienden en familie.

tuba club marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel

Maar op een klif bij Marseille, de oudste stad van Frankrijk die bruist van nieuwe levendigheid, zit boetiekhotel-restaurant Tuba Club. En daar is het net alsof iemand een wit laken heeft weggetrokken en alles nog precies is zoals het ooit was. De ligbedden met gestreepte matrassen doen denken aan lome Franse zomers, de witte strakke lijnen lijken vintage Le Corbusier en in de minimalistisch ingerichte hotelkamers is het net of je een vissershuisje binnenstapt dat daar altijd heeft gestaan.

Elke week onze beste artikelen in je inbox? Schrijf je hier in voor de Vogue-nieuwsbrief.

Niets is minder waar. Vier jaar geleden was hier nog niets, behalve vergane glorie. Ooit had op de klif een hotel gestaan, dat in de jaren veertig van de vorige eeuw bekendstond als ‘de Roches Blanches’, de Witte Rotsen. Toen werd het een duikschool, die vermaard werd doordat Jacques Mayol er kwam, de fameuze duiker die de inspiratie was voor Luc Bessons cultfilm Le Grand Bleu (1988). De duikschool werd uiteindelijk een ruïne, tot Fabrice Benizot en Gregory Gassa er hun oog op lieten vallen. De beide vrienden weten het nog goed. Allebei opgegroeid in Marseille en uitgevlogen over de hele wereld om succesvolle carrières op te bouwen in de mode (Greg) en de filmwereld (Fabrice), hadden ze onafhankelijk van elkaar besloten om terug te keren naar hun geboortegrond.

tuba club marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel

 

Magisch

Ze waren niet de enigen. Hun goede vriendin Marion Mailaender, een succesvolle interieurontwerper in Parijs, verlangde ook terug naar de stad waar ze was opgegroeid. En zo waren er meer, oude vrienden uit Marseille die, veertigers inmiddels en veelal succesvol in de avant-garde, terugkeerden naar de zee, de stranden en de haven van de stad waar ze zijn opgegroeid. In hun kielzog opende het ene hippe hotel na het andere restaurant zijn deuren in de stad. Het enige wat nog miste, vertelt Greg, was een plek als Tuba: een klein, hartverwarmend hotel met restaurant en bar, even chic als eenvoudig, waar mensen komen als gasten en weggaan als vrienden. Dat was wat de twee jeugdvrienden wilden beginnen.

Fabrice had alleen één eis: het moest aan de zee liggen. “Want die miste ik”, zegt hij met een nostalgische glimlach op zijn gebruinde gezicht. Er waren alleen weinig mooie panden pal aan zee te koop in Marseille. “En toen belde Greg me op een dag en zei: ‘Ik sta op een magische plek, je moet nú komen kijken.’ Ik ben op mijn scooter gesprongen en erheen gegaan. Ik wist het meteen. Het uitzicht, de mogelijkheden, de historische plaats. Ik zei: hier is het. Als het niet lukt, houden we het voor onszelf en onze vrienden.”

Verloren paradijs

Dat bleek niet nodig. De twee vrienden belden Marion, die kwam en oordeelde: “Dit kan geniaal worden.” Zij ontfermde zich over de verbouwing en het interieur en bedacht de naam Tuba – naar de duikschool die de plek ooit was, ’tuba’ is snorkel in het Frans.

Van daaruit werkte ze als een piramide het concept uit: “Als de duikschool het startpunt was, betekende dat dat ik niet iets heel luxueus kon maken. Dat is zo’n school niet. Dat hield in dat ik het simpel moest houden. Ik heb allemaal kleine knipogen naar vroeger in het interieur verwerkt, als een soort madeleines van Proust: dingen die je doen denken aan je kindertijd, aan vakantiekamp in de zomer, de bar waar je een ijsje koopt, de zon die brandt op je haar, de schaduwen, de koude stenen waar je je voeten op kon zetten en dan het zand waar je heel snel overheen liep – voilà.”

tuba club
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel

Greg en Fabrice vullen gretig aan. “Als ik Tuba in drie woorden moet omschrijven”, zegt Fabrice, “dan is dat: authenticiteit, eenvoud en tijdloosheid. We wilden het verloren paradijs van onze jeugd herstellen. Het is heerlijk dat mensen naar ons toe komen en zeggen: ‘Wauw, jullie koesteren echt de tijdgeest van toen.’ Terwijl alles nieuw is! Dat is een van de grootste complimenten.” Greg steekt zijn hand op. “Ho ho, niet alles is nieuw, hè. Marion heeft die typische sfeer van de duikschool en het oude vissersdorpje weten te vangen door veel materialen te recyclen en meubels te hergebruiken. We lieten veel dingen staan die er nog stonden. De tafels hebben we bijvoorbeeld opnieuw beschilderd. De bar is voor de helft oud. En we hebben her en der vintage accessoires gevonden, zoals de lampen in de kamers.”

Typisch Frans, zeg ik, om de historie zo goed te conserveren en een tijdloze allure te geven. Maar Marion vindt het eerder Italiaans. En Fabrice vindt het vooral belangrijk. “Veel doen met weinig, dat is onze filosofie. We zijn er niet om te consumeren, we maken zo goed mogelijk gebruik van wat er al is en zetten zoiets nieuws neer dat veel charme heeft.”

Tuba Club Marseille: gastvrijheid 3.0

De charme werkt. Al voor de opening in juli 2020 was Tuba Club een trekpleister voor vrienden van het trio, die ook weer vrienden meenamen en zo een bonte mix vormden van creatieven uit de modescene, de filmwereld en kunstenaarskringen. “Het is een geweldig collectief dat we hebben opgebouwd om ons drieën, met veel divers talent. We openden net na covid, en tijdens de lockdown hebben we hard gewerkt. Het was eigenlijk waanzin, om zoiets op te zetten terwijl de wereld op slot ging. Maar onze vrienden kwamen helpen, ze investeerden hun tijd en energie net zo enthousiast als wij. Er hing een sfeer van iets nieuws waar iedereen zich op stortte, met het verlangen om te genieten, gewoon gelukkig te zijn en iets moois neer te zetten. Het moest een plek worden voor vrienden en toekomstige vrienden, en dat hebben we met z’n allen voor elkaar gekregen.”

tuba club
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club
©Vogue Living, Hans van Brakel

Marion glimlacht. “Dat is wat ons verbindt: liefde voor feestjes en gezelligheid, dat is iets wat wij alle drie hebben. Dat vind ik zo mooi aan onze vriendschap: we zijn alle drie verschillend, komen uit compleet andere werelden. Die zich niet altijd laten verenigen, maar soms lukt dat wel. Dat voelt als een enorme rijkdom.” Daarmee verwoordt ze precies wat luxe in de Tuba Club betekent: vriendschap, liefde voor het leven, voor het moment.

“Luxe is dit uitzicht”, zegt Marion met een knik naar de azuurblauwe Middellandse Zee. “Echte luxe heeft niets met dure spullen te maken. Je kunt prachtige stoelen hebben, maar als er niet op wordt gelachen met vrienden is het stukken minder mooi dan gedeeld plezier op plastic stoelen.” Greg knikt instemmend. “Luxe is een mindset. Genieten met familie, vrienden, lekker eten. De pandemie heeft ons echt aan het denken gezet. We reisden zoveel, en nu zagen we dat het ook anders kan. Je kunt op een andere manier reizen, via je zintuigen, de smaken op je bord, via wat je ziet, wat je ruikt. Dat is de ervaring die we onze gasten bij Tuba willen geven. Gastvrijheid 3.0, noem ik het.”

tuba club
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel
tuba club
©Vogue Living, Hans van Brakel

Cuisine sans prétention

Deze winter gaat de Tuba Club een nieuwe fase in. Er is een nieuwe Pastis Bar, waar Marseilles beroemde aperitief (ja, de nationale likeur van Frankrijk komt oorspronkelijk uit Marseille) in zeven verschillende varianten wordt geschonken. En de chef, Sylvain Roucayrol, opent in de keuken een chef’s table, met plaats voor twaalf gasten. Maar ook daar zal de cuisine sans prétention zijn, want Sylvain is niet voor niets aangetrokken als chef.

Zijn authentieke stijl van koken past precies bij de filosofie van Tuba: eenvoudig, met kakelverse ingrediënten uit de buurt en in het seizoen, en bovenal respect voor de schoonheid van deze producten. Zijn madeleine van Proust is een hele vis van de barbecue – zeebaars, tonijn, tarbot, het maakt niet zoveel uit welke vis, als hij maar vers uit de netten van de lokale vissers komt, zo op de rotsen van Tuba binnengehaald en direct op de grill. Met zo veel puurheid op je bord, het deinen van de zee onder je en je geliefden aan tafel, maakt het inderdaad niet heel veel uit op welke stoel je zit – al zijn ook de stoelen bij Tuba een plaatje.

tube club
©Vogue Living, Hans van Brakel
boetiekhotel
©Vogue Living, Hans van Brakel

Naast de vijf kamers waarmee ze zijn begonnen, is er een hele verdieping bijgekomen met drie nieuwe kamers. Deze zijn nog luxer, als in: ze bieden een nog fenomenaler zeezicht. “Ik werk graag met wat de architectuur me biedt”, zegt Marion. “Beneden zijn kleine kamers dicht bij de zee, daar heb ik een soort visserskajuiten van gemaakt. Boven is veel meer ruimte. Daar is het een moderne villa geworden, met grotere ramen en veel grotere kamers. Maar ook hier heb ik verwijzingen naar vroeger toegevoegd: vintage accessoires, fresco’s op de muren.” Het maakt dat ook boven een huiselijke sfeer heerst, met net iets meer rust dan beneden. “Beneden is het gezellig en levendig”, zegt Fabrice, “boven is het stiller. Daar kunnen ook de gasten van beneden lekker rustig een boek lezen in de salon, of zonnen op het terras.”

Nietsdoen

Dankzij ‘de villa’ kunnen ze dit jaar voor het eerst ook in de winter open. Ook dan is er genoeg te doen in Marseille. Het is waarschijnlijk te koud om van de rotsen in de zee te springen, maar vlak achter de Tuba Club is het nationaal park Calanques. Dat is een beschermd natuurgebied dat zich langs de Middellandse Zee uitstrekt van Marseille tot aan Cassis. Het dankt zijn naam aan de calanques: door water uitgesleten valleien die magnifieke plaatjes opleveren. “Je kunt er prachtige wandelingen maken”, vertelt Marion. “Van makkelijke tot langere routes voor de geoefende wandelaar. Je kunt zelfs helemaal tot aan Cassis lopen.” En het mooie is, vult Fabrice aan: “Vanuit Tuba hoef je er niet eens voor de auto te pakken. Je loopt zo vanuit je kamer het park in.”

boetiekhotel
©Vogue Living, Hans van Brakel
boetiekhotel
©Vogue Living, Hans van Brakel
marseille
©Vogue Living, Hans van Brakel

Maar je kunt ook nietsdoen. Genieten van een gegrilde vis van Sylvain, muziekje draaien in de salon, beetje wegdromen bij de azuurblauwe horizon. Als je het mij vraagt, is dat eigenlijk het beste wat je bij Tuba kunt doen: niets. Greg moet lachen. “De meeste gasten komen hier en willen nergens heen.” Hij verwoordt precies wat ik voelde zodra ik voet over de drempel van Tuba zette: dit is een plek waar je nooit meer weg wil.

Styling: Charissa Hogerheijde 

Dit interview met Greg, Fabrice en Marion van de Tuba Club in Marseille werd eerder gepubliceerd in het september/oktobernummer van Vogue Living 2023.